Crumble recepten

Crumble

Crumble

Crumble is een Engelse specialiteit, traditioneel bestaande uit vruchten (appels, peren, rabarber, perziken, kersen) onder een laag kruimelig deeg (to crumble betekent 'verkruimelen') van boter, bloem, suiker en soms amandelpoeder, dat voor het bakken over het fruit wordt gestrooid.

Crumble recept

Crumbles zijn heel makkelijk te maken. Kies voor twee of drie soorten fruit. Schil het fruit eventueel en snijd het zonodig in stukken. Zacht fruit als bramen, frambozen of cranberry's hoef je alleen maar te wassen. Meng het fruit met wat suiker naar smaak en bijvoorbeeld rozijntjes of fijngehakte gember en verdeel het over een ingevette schaal, bijvoorbeeld een kleine quichevorm of een ovaal ovenschaaltje. Reken voor vier personen op zo'n 400-500 gram fruit. Maak daarna de kruimels door - ook voor vier personen - 100 g bloem te mengen met 50 gram suiker en 50 g koude boter in kleine stukjes . Kneed alles met je handen tot een samenhangend deeg, voeg eventueel als het wat droog blijft een eetlepel koud water toe. Als het deeg enigszins aan elkaar plakt wrijf je het snel met je vingers tot niet al te kleine kruimels. Strooi de kruimels over het fruit en zet de schaal in een voorverwarmde oven van 175 °C. Na 25 tot 30 minuten is de korst heerlijk krokant en het fruit zacht en zoet. Heerlijk met vanilleroom, of roomijs. ¹)

Basisrecept appel crumble

Zeef 150 g bloem boven een kom. Werk er 150 g boter (in stukjes) en 150 g suiker door tot het deeg de structuur van paneermeel heeft. Schil 1½ kg appels, verwijder het klokhuis en snijd ze in vieren. Leg ze op een bakvorm en verdeel er het deeg over. Zet het gebak 30 minuten in een op 210 °C verwarmde oven en serveer de crumble met crème anglaise of crème fraîche.

[ Bron: 'De Grote Larousse Gastronomique' | redactie ¹) ]

[ Beeld: Lucky_elephant | Shutterstock.com ]