Madeleines recepten

Madeleines

Madeleines

Klein cakeje in de vorm van een bolle schelp, gemaakt van suiker, bloem, gesmolten boter en eieren en op smaak gebracht met citroen of oranjebloesemwater. Het beslag wordt in speciale vormpjes gebakken, waardoor de cakejes er als gestreepte schelpen uitzien. De oorsprong van madeleines is zeer omstreden. Door sommigen wordt de uitvinding toegeschreven aan Avice, chef-kok van Talleyrand, die het idee zou hebben gehad om kleine cakejes te bakken in aspicvormpjes. Maar het geheim van de bereiding is veel ouder. Lange tijd werd het angstvallig bewaard in Commercy, een stad in Lotharingen die onderworpen was aan Stanislas Leszczynski. Het verhaal gaat dat de vorst tijdens een bezoek aan het kasteel van Commercy in 1755 bijzonder genoot van dit simpele cakeje, dat gemaakt was door een boerenmeisje dat Madeleine heette. De madeleines - zo waren ze door koning Stanislas genoemd - raakten in Versailles en Parijs in de mode, omdat de dochter van deze Poolse vorst getrouwd was met Lodewijk XV.

Madeleines recept

Smelt 100 g boter zo koel mogelijk. Vet een bakplaat voor madeleines in met 20 g boter. Doe het sap van ½ citroen in een kom en voeg wat zout, 125 g fijne kristalsuiker, 3 eieren en 1 eierdooier toe. Klop alles met de garde enige tijd flink door. Zeef er 125 g bloem boven en meng opnieuw grondig. Klop er snel de gesmolten boter door. Vul de holtes voor niet meer dan twee derde met het beslag. Zet de bakplaat 25 minuten in een op 180 °C verhitte oven; ze moeten goudbruin zijn. Haal ze uit de vormpjes en laat ze op een rooster afkoelen.

[ Bron: 'De Grote Larousse Gastronomique' ]

[ Beeld: Gulsina | Shutterstock.com ]