Knolselderij recepten

Zie ook

Knolselderij

Knolselderij

Knolselderij groeit onder de grond. De knol heeft een ronde, knoestige vorm en is bruingeel van kleur. De smaak is heerlijk en bovendien is de groente heel gezond. Knolselderij is verkrijgbaar van augustus tot april. Let er bij aankoop op dat de knol stevig en droog is. Als het blad nog aan de knol zit, moet dit frisgroen van kleur zijn. Reken 200-250 g per persoon als u de groente kookt. Voor een salade hebt u aan 100 g voldoende. Voor een knolselderijpuree hebt u 150 g per persoon nodig.

Knolselderij bewaren en schoonmaken

Bewaar de knol op een droge en koele plaats, dan blijft hij enkele weken goed. Bewaar een aangesneden knol, verpakt in vershoudfolie, in de groentela van de koelkast. Snijd eerst het bovenste en onderste gedeelte van de knol af. Snijd de knol vervolgens in plakken en schil deze. Verwijder ingroeisels. Snijd de plakken in blokjes of reepjes. Doe dit pas kort voor het gebruik omdat knolselderij snel verkleurt. Bedruppel de plakken eventueel met citroensap tegen het verkleuren.

Lekkere combinaties

Natuurlijk in de erwtensoep of als salade met blokjes appel, stukjes walnoot en een romige dressing.

Knolselderij (basisrecept)

Schil de knol heel dik, was hem en besprenkel hem met citroensap. Snijd hem in blokjes en kook ze 5 minuten in ruim kokend water met zout. Smoor of stoof ze au jus (desgewenst als grove julienne). Bijzonder fijne gerechten zijn knolselderijpuree en crèmesoep van knolselderij. ¹)

Knolselderij in reepjes

Schil een knolselderij, snijd hem in reepjes, blancheer ze 3 minuten in kokend water met zout, spoel ze direct met koud water af en laat ze uitlekken. Doe ze in een pan met een klont boter en heel weinig suiker. Sluit de pan en stoof ze circa 15 minuten op laag vuur. Breng ze op smaak en bestrooi ze met gehakte fines herbes. ¹)

Gefrituurde knolselderij

Verrassend lekker smaken gefrituurde plakken knolselderij. Haal de geschilde, goed gewassen en gedroogde plakken (of gehalveerde en in vieren gesneden plakken) door een beignetbeslag en frituur ze in hete olie of in vet goudbruin en gaar.

[ Bron: 'Margriet kookboek' | 'De Grote Larousse Gastronomique ¹) ]

[ Beeld: CHIKARAvv | Shutterstock.com ]